Vectoren, vraagstuk 92
S is het oppervlak (alleen de mantel) van een kegel met de ‘top’ in de oorsprong.
De rand van het oppervlak is een horizontale cirkel op hoogte z = 3, middelpunt op de z-as en
straal √3.
Geef een parametrisering van S in bolcoördinaten.
Geef een parametrisering van S in cilindercoördinaten.
-
Geef een parametrisering van S in Cartesische coördinaten, waarbij u als parameters moet gebruiken:
- De afstand tot de oorsprong en de hoek met de positieve x-as (zoals bij bolcoördinaten).
- De afstand tot de z-as en de hoek met de positieve x-as (zoals bij cilindercoördinaten).
- De x- en de y-coördinaat.
De grafiek van 3x2 + 3y2 = z2 (het vlak S)
-
Geef een parametrisering van S in Cartesische coördinaten, waarbij u als parameters moet gebruiken:
-
De afstand tot de oorsprong en de hoek met de positieve x-as (zoals bij bolcoördinaten).
De afstand tot de oorsprong noem ik a en de straal van de kegel is r. Dan geldt:
-
De afstand tot de z-as en de hoek met de positieve x-as (zoals bij cilindercoördinaten).
Dit kunnen we gelijk aflezen uit het voorgaande: -
De x- en de y-coördinaat.
Ik schrijf z als functie van x en y:
-
De afstand tot de oorsprong en de hoek met de positieve x-as (zoals bij bolcoördinaten).
-
Geef een parametrisering van S in bolcoördinaten.
Voor de hoek φ geldt: -
Geef een parametrisering van S in cilindercoördinaten.
Omdat: